Royal Skating

De Patinoire Royale of vroeger door de Brusselaars « Royal Skating » genoemd, werd in 1877 in het hartje van Sint-Gillis gebouwd. Het complex dat oorspronkelijk rolschaatsers verwelkomde werd in 1900 omgetoverd tot een Bugatti garage.  Vijf jaar later wordt hij door de Fabrique Nationale de Herstal als hangar gebruikt voor het opslaan van oorlogswapens.

Na de Tweede Wereldoorlog wordt de Patinoire als garage gebruikt door Siemens om dan in 1975 een expositieruimte voor collectieauto’s te worden.

Het complex bevat twee vleugels. In de eerste vindt men de Patinoire terug die op de Veydtstraat uitgeeft. De tweede is kleiner, werd later gebouwd en geeft uit op de Faiderstraat.

De kapiteelachtige ionische zuilen vormen de gevel van de Patinoire royale en is een voorbeeld van de neoklassieke stijl. De gebogen vensters met roosachtige symbolen verlichten de verschillende ruimten. Binnen bevindt zich een oppervlakte van 1200 m2 die zich uitstrekt onder een prachtige houten en metalen geraamte.

De Patinoire royale werd in 1995 door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest als historisch monument geklasseerd.

Dit ongelofelijk gebouw werd in 2007 door Philippe Austruy en Valérie Bach overgekocht. Sindsdien ontvangt deze ruimte ongeveer 2 tot 3 keer per jaar tijdelijke tentoonstellingen, solo shows en groepstentoonstellingen van artiesten die de belangrijkste fasen van de Europese kunst uit de tweede helft van de 20ste eeuw, en meer bepaald op het domein van de plastische kunst en design, exploreren.

Met een totale ruimte van 3000 m2 is de Patinoire royale / Galerie Valérie Bach één van de grootste geprivatiseerde ruimten toegewijd aan moderne en hedendaagse kunst in Europa.