Gemeentehuis van Sint-Joost-ten-Node

Het gemeentehuis van Sint-Joost-ten-Node met zijn bevallige gevel in Beaux-Artsstijl ligt wat verstopt aan de voet van een hoge kantoortoren.

Oorspronkelijk stond hier een paviljoen bewoond door de muziekvirtuoos Charles De Bériot die in Parijs violist werd bij koning Charles X en vervolgens eerste violist van de Nederlandse koning. Hij huwde in 1836 met operazangeres Malibran en vestigde zich vanaf 1849 in Sint-Joost. Het paviljoen werd in 1868 aangekocht door de gemeente en verbouwd door architect Léon Govaerts. De inrichting van het interieur werd toevertrouwd aan G. Charle. De hoofdingang, gemarkeerd door een elegante smeedijzeren luifel, bevindt zich in de centrale halfronde travee die bekroond wordt door een koepel met lantaarn. Zoals een bronzen plaat op een van de muren in de hal vermeldt, werd het nieuwe gemeentehuis op 14 mei 1911 plechtig geopend door burgemeester H. Frick. In 1967 werd het gebouw vergroot door architect Vandenhoutte die een paviljoen aanbouwde op de hoek van de Verbondstraat. In de salons kan de bezoeker werken bewonderen van 19de-eeuwse Belgische kunstenaars evenals borstbeelden van burgemeesters en andere illustere figuren van de gemeente.